Zó voorkomt u schuivende lading

Leestijd 4 minuten

Door schuivende lading in uw vrachtwagen neemt het risico op een ongeval en schade schrikbarend toe. Ladingzekering is daarom altijd nodig. De wet schrijft ook voor tegen welke krachten ze bestand moet zijn.

Wegrijden, een bocht nemen, stoppen voor verkeerslichten: de kleinste beweging van uw vrachtwagen oefent al een grote kracht uit op uw lading. En dan hebben we het nog niet eens over een noodstop of uitwijkmanoeuvre. In al deze gevallen loopt u het risico dat de lading gaat schuiven. Dit geldt niet alleen voor lichte lading; zelfs zware zinkblokken kunnen van hun plaats komen.

Gevolgen

Schuivende lading kan uiteenlopende gevolgen hebben: van alleen lichte schade aan uw lading tot een ernstig ongeval met gewonden doordat de vrachtwagen moeilijker bestuurbaar wordt of zelfs kantelt. Daarnaast kunt u een forse boete krijgen voor het niet goed zekeren van uw lading en voor het gebruik van verkeerde, versleten of niet-gelabelde spanbanden.

Zekeren met spanbanden

U kunt uw lading zekeren door ze te blokkeren, direct te zekeren en neer te sjorren. Dat gebeurt met antislipmatten, spanbanden, kettingen, kabels, hoekbeschermers en luchtkussens. Het voert te ver om hier op alle mogelijkheden in te gaan, vandaar dat we ingaan op één methode: het zekeren met spanbanden. Bij deze vorm van ladingzekering geldt:

  • het is alleen toegestaan om spanbanden te gebruiken met een label waarop de gegevens volgens EU-norm 12195/2staan, zoals maximale trekkracht en spankracht.
  • het is belangrijk dat u het gewicht van uw lading weet. Hiermee kunt u de zekeringskracht uitrekenen die volgens EU-norm 12195/1 nodig is.

U heeft de volgende manieren om uw lading met spanbanden te zekeren:

Neersjorren: hierbij maakt u gebruik van de neerwaartse kracht die wordt aangelegd door de ratel van een spanband. Daardoor verhoogt de wrijving tussen laadvloer en lading, waardoor de lading minder makkelijk zijwaarts, voorwaarts of achterwaarts kan schuiven. Spanbanden worden bij deze methode aan de ene kant van de lading aan het voertuig vastgezet, over de lading heen getrokken en aan de andere zijde aangespannen.

Direct zekeren: het gaat hier om een zekering met spanbanden die de lading rechtstreeks verbindt met het voertuig. Hierbij maakt u gebruik van vaste punten op een lading en de laadvloer. De waarde op het label van de spanband is de trekkracht (LC1) die aangeeft welke kracht de spanband in rechte lijn aankan. Bij dubbel gebruik van de spanband, bijvoorbeeld in de omspanning, mag deze waarde verdubbeld worden. De lading wordt bij direct zekeren op zijn plaats gehouden door minstens vier spanbanden in voorwaartse, achterwaartse en zijwaartse richtingen.

Als extra zekerheid tegen het verschuiven van uw lading, kunt u bij bovenstaande maatregelen ook antislipmatten gebruiken.

Tips voor ladingzekering

  1. Inspecteer voor het wegrijden altijd of de lading goed gezekerd is.

  2. Controleer bij langere ritten nogmaals onderweg of de lading goed vaststaat. Spanbanden en -kettingen kunnen zich ‘zetten’ waardoor ze niet meer strak om de lading staan.

  3. Gebruik het materiaal zoals het is bedoeld. Knoop bijvoorbeeld nooit twee stukken spanband aan elkaar en zet geen verlengstuk op een ratel van een spanband.

  4. Ga altijd na of er bij het vervoer van gevaarlijke stoffen ook specifieke eisen gelden.

  5. Gebruik geen spanbanden die beschadigd zijn en/of waar het vereiste label niet meer aanzit. Om er zeker van te zijn dat alle materialen nog goed zijn, kunt u ze jaarlijks door een deskundige laten controleren.

  6. In een training ‘Ladingzekering’ kunt u de fijne kneepjes leren om uw lading overal en altijd goed te zekeren. De preventieadviseurs bij TVM kunnen transportbedrijven hierover adviseren.